Archief

Streekhistorie: Het stadhuis van 's-Gravenzande

Eind april 2016 verscheen er een advertentie van de gemeente Westland in de kranten waarin het voormalige stadhuis van 's-Gravenzande te koop werd aangeboden. Aanleiding voor verkoop is de verhuizing van alle gemeentelijke diensten in 2017 naar het nieuwe gemeentekantoor in Naaldwijk. Hierdoor komt ook het huidige gemeentepand aan het Marktplein en de Van Geeststraat voor herontwikkeling in aanmerking. Geadverteerd werd met "een uniek object op een toplocatie in het centrum van 's-Gravenzande". Voor de openbare verkoopprocedure is een Nota van Uitgangspunten en een Verkoopleidraad opgesteld. Het doel van deze procedure is om te komen tot het maatschappelijk meest gewenste plan voor deze locatie en de uitvoering daarvan. Met de verkoop van dit stadhuis zal een eind komen aan een bestuurlijk centrum dat eeuwenlang in 's-Gravenzande aan het Marktplein was gevestigd.

De stad 's-Gravenzande

's-Gravenzande kreeg in 1246 stadsrechten van graaf Willem II van Holland op aandringen van zijn moeder, gravin Machteld. Dat hield in dat er een stadbestuur was dat zelf keuren voor de poorters van de stad opstelde (keuren d.w.z. verordeningen) en recht kon spreken.

De 's-Gravenzanders waren hierdoor wel bevoorrecht op de bewoners van het omliggende ambacht van 's-Gravenzande. Dat stadsgebied was niet groot, maar enkele vierkante kilometers en besloeg met wat landerijen eromheen ongeveer het gebied aan weerszijden van de huidige Langestraat. Het "stedehuis" zal altijd op een centrale plaats aan het Marktveld hebben gelegen. Daar vergaderde het stadsbestuur dat bestond uit schout en schepenen.



De oudste stadsplattegrond van 's-Gravenzande, een afbeelding uit het Kaartboek van het Regulierenklooster van 's-Gravenzande, uit 1566 waarop nog geen stedehuis is ingetekend.


Het stedehuis

De oudste schriftelijke gegevens over het "Stedehuis" dateren van rond 1500. In het Historisch Archief Westland vinden we in de stadsrekening van 1504 dat er toen kosten gemaakt werden om nieuw stro op het dak van het stedehuis te leggen. Verder werd er ook geld uitgegeven voor het uitbaggeren van de waterplas op het Marktveld die voor de ingang van het stedehuis lag en diende als brandput. De oudste tekening van het stedehuis vinden we op de kaart van Blaeu. Hij tekent in 1652 het stedehuis met een flinke klokkentoren erop, op de plek waar nu nog het oude monumentale stadhuis staat. Op deze afbeelding staat ook de schandpaal afgebeeld op de hoek van het Marktveld en de huidige Kerkelaan waar burgers die een strafverordening hadden overtreden te kijk gezet konden worden. Op deze afbeelding zien we aan de linkerkant van het Marktveld één van de stadswaterputten en daaronder de visbank.

Het is waarschijnlijk dat er in het middeleeuwse 's-Gravenzande op deze Kerkelaan, deze verbreding van een deel van de Langestraat, markt gehouden werd en niet op het Marktveld. Op de middeleeuwse dinsdagse warenmarkt mocht volgens de stadskeuren pas gehandeld worden nadat de hoogmis in de kerk was afgelopen. Deze regeling gold ook voor de herbergen, daar mocht pas na de hoogmis drank geschonken worden!



Detail van het Marktveld van de Stadsplattegrond van 's-Gravenzande getekend door Joan Blaeu in 1652 met daarop prominent aanwezig het stedehuis.

Rond 1750 maakt de schilder Aert Schouman een prachtige aquarel van het toenmalige stadhuis. Daarop is een aantal burgers te zien die luisteren naar een bekendmaking vanuit een van de ramen van dit gebouw.

Op de bovenverdieping van het oude monumentale stadhuis hangt nog een tekening van het in 1869 afgebroken stadhuis eveneens met een klokje erop. Bovenop het dak was ook nog een ooievaarsnest. Deze vogels kwamen in die tijd nog veel in de weilanden rondom 's-Gravenzande voor. Onder een van de ramen van dit stadhuis is de toenmalige stadsgevangenis afgebeeld!

Het huidige oude stadhuis aan het Marktplein dateert uit 1869. In de voorgevel hiervan is het wapen van 's-Gravenzande te zien en een herdenkingssteen van de eerste steenlegging door de dochter van burgemeester Hageman. Dit gemeentehuis is een rijksmonument en mag na verkoop dus niet worden gesloopt. Wegens ruimtegebrek in verband met de groei van de gemeente 's-Gravenzande werd dit gemeentehuis in 1980 flink uitgebreid met de nu bestaande nieuwbouw. Ook nu nog staat er op het gemeentehuis een klokkentoren met een klokje daarin. De luidklok op het stadhuis heeft dus een middeleeuwse oorsprong.

Tussen gemeentehuis en Spaansche Vloot lag vroeger de pastorie van Ds. van Geest. Na afbraak hiervan rond 1961 ontstond een verbindingsweg met de Sand- Ambachtstraat (de Van Geeststraat).



Het stedehuis op een aquarel van Aert Schouman uit ongeveer 1750.


Brandbestrijding

Het stadhuis was vanouds het centrale punt bij brandbestrijding. Omdat er niet overal in de buurt water was, is er voor gezorgd dat er op strategische plaatsen bluswater beschikbaar was.

Van ouds staat er op het stadhuis van 's-Gravenzande een klokkentorentje met daarin een luidklok. Deze luidklok had in voorbije eeuwen een belangrijke functie binnen het stadje, het was de brandklok. Brand betekende een ramp in de tijd dat de huizen nog voornamelijk van hout waren. Vandaar dat het stadsbestuur uitgebreide bouwvoorschriften gaf. De oude keuren (plaatselijke verordeningen) getuigen daarvan. Centraal in de stad lag de zogenaamde "Poelsloot", een waterpoel op het Marktveld tegenover het gemeentehuis die hoogst waarschijnlijk nog dateerde uit de tijd toen gravin Machteld hier nog woonde. Daaruit kon bluswater worden betrokken en kon het vee dat op het Marktveld liep te drinken worden gegeven. In de keuren is vermeld dat deze poel "bij tijden van brandt (twelk Godt verhoede) een toevlugt omme water te scheppen" was. Naast deze poel waren er nog de stadswaterputten waaruit ook bluswater kon worden betrokken. Deze putten verschaften de poorters ook drinkwater. Daarin mochten echter geen kleren, wol, vlees en pensen worden gewassen of gespoeld.

Indien er brand uitbrak werd dat te kennen gegeven door het "kleppen van de brantclok", de klok in het torentje op het stedehuis. Alle ingezetenen waren dan verplicht zich direct naar de plaats des onheils te spoeden en alles te doen om de brand te helpen "uijten ende uijtblussen". Het water moest met lederen emmertjes uit sloten of putten worden geschept waarna de emmers van hand tot hand doorgegeven werden om in het vuur gestort te worden. Het gemeentebestuur besloot in de vergadering van 19 januari 1898 om de Poelsloot, te dempen. Dit werk met inbegrip van de ophoging en egalisering van het plein werd aanbesteed en door P. Boon Lzn in de maand februari uitgevoerd voor de som van f 593,50. De middellijn van de kom, gemeten binnen de bestaande rollaag, bedroeg 24 meter. De grootste diepte van de kom was gerekend van de bovenkant van de rollaag 2,80 meter. Voor het dempen en op hoogte brengen van het plein was een hoeveelheid grond nodig van ongeveer 1305 m3.

Bomen op het Marktveld

Op het Marktveld hebben altijd bomen gestaan. Op alle bekende oude kaarten staan ze afgebeeld. Op de kaart van Blaeu staan ze zo dicht op elkaar dat het wel een bos lijkt. Daaronder zal gras gegroeid hebben. In 1612 zijn er nieuwe iepenbomen op het Marktveld geplant. Om deze bomen zoveel mogelijk te beschermen wordt er verordonneerd dat er geen beesten los door de stad mogen lopen en dat de jeugd van de bomen af moet blijven.

In de stadskeuren staat in 1645 de bepaling dat iemand die 's nachts koeien op het "marcktveld" laat lopen een boete krijgt van 5 stuivers, kennelijk mocht dat overdag dus wel. Ook later werd uitdrukkelijk bepaald dat er op het Marktveld geen "beesten" mochten worden geweid. In de jaren 70 van de vorige eeuw lag er op het Marktplein grind. Dat was rustiek maar met de warenmarkt op vrijdag was dat niet zo praktisch omdat het bij regen vaak modderig was. Later is er een bestrating gekomen met klinkertjes waarbij ook het plantsoentje, waar vroeger de muziektent stond, verdween. In de jaren 90 werd de huidige bestrating van natuursteen op het plein aangelegd.



Herberg De Spaansche Vloot



De Spaansche Vloot

Ondanks alle veranderingen in de loop der tijd staat er aan de westzijde van het Marktplein naast het oude stadhuis al eeuwenlang nóg een karakteristiek gebouw, de herberg de Spaansche Vloot.

De Spaansche Vloot is van oorsprong een oude stadsherberg uit de 16e eeuw. De herberg kreeg zijn naam in 1642 na de glorierijke overwinning van admiraal Maarten Tromp op een Spaanse vloot bij Duins, voor de kust van zuid- Engeland. Een fraai uithangbord boven de voordeur herinnert hier nog aan. Het oorspronkelijke gebouw is aan het eind van de 17e eeuw afgebrand en in de huidige vorm herbouwd. Vroeger zetelde hier het bestuur van het Ambacht van 's-Gravenzande. Voor deze herberg stopte in voorbije tijden de postkoets, de paarden kon men uit de poel voor het stadhuis te drinken geven.

Auteur: Jan Dahmeijer van de Historische Werkgroep Oud 's-Gravenzande