Horeca wil met gemeente in gesprek nu rookruimte dicht moet

Ronald van Gaalen, voorzitter van de afdelingen Westland en Midden-Delfland van Koninklijke Horeca Nederland, gaat verder in gesprek met beide gemeenten over hoe het verder moet, nu de Hoge Raad heeft beslist dat alle rookruimtes in de horeca dicht moeten. Dat zegt hij tegen de WOS. In Westland zijn naar schatting vijftien horecagelegenheden met rookruimtes, in Midden-Delfland gaat het om minder dan tien.

Volgens Van Gaalen voelt de horeca zich 'gepiepeld'. Veel ondernemers hebben vier jaar geleden veel geïnvesteerd in de rookruimtes en nu moeten ze die dus sluiten. Van Gaalen vindt dat het 'probleem' op deze manier wordt verplaatst naar de openbare weg. Daar levert de aanwezigheid van rokers mogelijk geluidsoverlast op, wat niet wenselijk is voor omwonenden van bijvoorbeeld een café of discotheek. De voorzitter wil in gesprek met de gemeenten om een oplossing te vinden voor dit probleem.

In Maassluis zijn er naar schatting rookruimtes in vier horecagelegenheden. Kevin van der Toorren, de voorzitter van de afdeling Maassluis van Koninklijke Horeca Nederland, is niet verrast door de beslissing van de Hoge Raad. Hij is op dit moment nog niet in gesprek met de gemeente Maassluis; eerst wil hij bij leden van de branchevereniging nagaan wat zij van de nieuwe situatie vinden en in hoeverre dit bij hen leeft.

Ook Van der Toorren maakt zich zorgen over mogelijke geluidsoverlast van rokers in de openbare ruimte. Hij wil in november van dit jaar aan de gemeente vragen hoe zowel de ondernemers als de gemeente dit probleem kunnen aanpakken. "Het moet voor de horeca én bewoners leuk blijven", aldus Van Der Toorren. Verder pleit hij voor een overgangstijd, waarin horecaondernemers rustig de tijd krijgen om hun rookruimte te sluiten en in te spelen op de nieuwe situatie.