Archief

Streekhistorie: 75 jaar Bevrijding in Schipluiden

75 jaar Bevrijding, Oorlogsverhalen en oorlogsattributen, 1940-1945. Dit is de titel van de nieuwe expositie in Museum Het Tramstation, Otto van Zevenderstraat 2 te Schipluiden. De WOS besteedde er op dinsdag 22 januari al aandacht aan. De tentoonstelling is tot eind juli 2020 te zien. Openingstijden: woensdag, zaterdag en eerste zondag van de maand van 14.00-16.00 uur. Eén van de oorlogsverhalen gaat over de burgemeester tijdens de oorlog.

Burgemeester D.J.M. van Gent was niet fout

In tegenstelling tot in veel andere gemeenten is de burgemeester van Schipluiden, de heer D.J.M. van Gent, tijdens de oorlog niet vervangen door een NSB-burgemeester. Dit betekende dat hij regelmatig maatregelen van de Duitsers moest uitvoeren. Zo waarschuwde hij in het begin van de oorlog diverse malen tegen sabotage, riep hij mannen van 17 tot 40 jaar op voor de Arbeidsdienst in 1942-1943, vroeg hij op 10 november 1943 de inwoners aangifte te doen van Amerikaanse vliegeniers die zich in de gemeente schuilhielden en riep hij in het voorjaar van 1944 herhaaldelijk de mannen op om dijkjes aan te leggen met het doel tuinderijen en boerderijen in Schipluiden tegen het water van de inundatie te beschermen. De orders van de Duitsers kon hij niet weigeren, want anders was hij zelf opzijgezet.

Oproep voor aangifte van Amerikaanse vliegers

Volgens oudere Schipluidenaren was de rol van de burgemeester tijdens de oorlogsjaren niet altijd overtuigend. Hij kwam soms onzeker over. Op het eerste gezicht lijkt het bedenkelijk dat hij zijn ambt is blijven vervullen. Achteraf weten we dat hij, omdat hij bleef zitten, een positieve bijdrage heeft geleverd aan verzetsacties binnen het gemeentehuis. Eén van zijn ambtenaren, Rien van der Kooij, gaf op vrij grote schaal persoonsbewijzen uit voor onderduikers. Hij zocht een geboorteakte op van een persoon die als kind was overleden en die ongeveer de leeftijd gehad zou hebben van een onderduiker. Deze kreeg de naam van de overledene plus de bijbehorende papieren, die van een gemeentestempel en handtekening van de betreffende ambtenaar werden voorzien. Het plaatselijke verzet, onder leiding van Piet van der Windt, bemiddelde hierbij. Dit was dapper. Mensenlevens zijn hierdoor gered. Uiteraard is er tijdens de oorlog geen lijst bijgehouden van de verstrekte niet-authentieke persoonsbewijzen. Wel is uit een andere bron bekend, dat de staartschutter van een neergeschoten Amerikaanse bommenwerper (Vlucht 648), Walter Kasievich, een van de personen was die vanuit Schipluiden aan een vervalst persoonsbewijs werd geholpen. Zijn naam werd Johannes Koole, met de aantekening dat hij doofstom was. Burgemeester Van Gent was op de hoogte van het ambtelijke verzet in zijn gemeentehuis. Onder een NSB-burgemeester zou dit verzet niet mogelijk zijn geweest. In augustus 1945 liet Van Gent zijn danig herziene bevolkingsregister weer op orde brengen.

Burgemeester D.J.M. van Gent en zijn echtgenote

Na de Bevrijding hebben enkele leden van het lokale verzet geklaagd over het optreden van de burgemeester tijdens de oorlog. De landelijke overheid heeft zijn gedrag tijdens de bezettingsjaren laten onderzoeken. In een brief van 10 april 1946 van Minister Beel aan de Commissaris van de Koningin in Zuid-Holland staat dat er geen zuiveringsmaatregel nodig was vanwege de houding van burgemeester Van Gent tijdens de oorlog. Wel wordt betreurd dat hij zijn medewerking heeft verleend om arbeiders aan te wijzen voor werkzaamheden ten behoeve van de Duitse Weermacht. Feitelijk heeft hij hiervoor alleen Duitsgezinde inwoners, zwarthandelaren en personen die geen bezwaren hadden, aangewezen. In de loop van 1946 is Van Gent herbenoemd als burgemeester van Schipluiden.

De oorlogsperiode en de maanden na de Bevrijding zullen voor het burgemeestersgezin niet altijd gemakkelijk zijn geweest...!

Terugblik op de oorlogsjaren door burgemeester Van Gent tijdens de eerste raadsvergadering na de oorlog, 16 november 1945

'Wij zijn nu verlost van het juk van den vijand, waaronder wij vijf volle jaren gebukt gingen.

Van directe krijgsverrichtingen heeft de gemeente behalve in de Meidagen van 1940 geen noemenswaardige schade geleden, maar in de laatste jaren, 1944 en 1945, bleef het oorlogsleed de gemeente niet bespaard. In Maart 1944 moest een gedeelte der gemeente worden geïnundeerd, welk gedeelte later werd uitgebreid tot 1/3 deel van het grondgebied der gemeente. Een tiental woningen, dat door het water werd bedreigd, moest worden ontruimd. Voorts moesten 32 woningen worden afgebroken, hetgeen echter tot 17 is beperkt gebleven.

Evenals in andere gemeenten is ook in deze gemeente een groot woningtekort. Gezien de materiaalpositie zal het evenwel niet gemakkelijk zijn dit tekort binnen afzienbaren tijd te boven te komen.

Zeer zware jaren liggen achter ons. Behalve de drie gesneuvelde militairen uit deze gemeente in de Meidagen van 1940 hebben nog enige inwoners hun leven moeten geven voor de bevrijding van ons vaderland. Namelijk één voor het vuurpeloton, twee in een Duitsch concentratiekamp, terwijl een vierde ten gevolge van een vliegtuigongeval om het leven kwam. Ook onder de in Duitschland tewerkgestelde arbeiders uit deze gemeente valt één slachtoffer te betreuren. Op den dag der bevrijding van Frankfort a/d Main werd een ingezetene dezer gemeente door een kogel der Fransche bevrijdingstroepen getroffen en overleed drie maanden later in een ziekenhuis aldaar. Mijn innige deelneming gaat uit naar de getroffen gezinnen.

Veel verzet is gepleegd, waarbij ik het gemeentepersoneel en de politie niet mag vergeten, die daaraan hebben deelgenomen. Er zijn weleens fouten gemaakt en ik wil het openlijk bekennen, dat ook ik die weleens heb gemaakt. Men heeft mij weleens verweten: dit of dat had je anders moeten doen. Mijne heeren, dat weet ik wel. Steeds heb ik echter voor oogen gehouden: op de beste wijze de belangen van de gemeente en haar inwoners dienen. Aan vele vooraanstaande inwoners der gemeente heb ik raad gevraagd. Steeds werd door hen geadviseerd zoolang mogelijk aan te blijven en probeeren de moeilijkheden te trotseeren. Toen dit niet meer ging, ben ik heengegaan. De zuiveringscommissie heeft mijn zaak in onderzoek. Rustig zie ik haar uitspraak tegemoet.

Wij gaan nu alles weer opbouwen. Wij moeten nu gaan werken voor het heil der gemeente.....'

Zuiveringsbrief D.J.M. van Gent, Commissaris van de Koningin van Zuid-Holland

Auteur: Jacques Moerman van de Historische Vereniging Oud-Schipluiden.